"Neem een time-out in het proces van gemeentelijke herindeling in de Gooi- en Vechtstreek". Dat stelde Hans Hillen, Eerste Kamerlid voor het CDA, op een bijeenkomst van regionale CDA-bestuurders in Huizen op zaterdag 26 januari. Het proces van gemeentelijke herindeling, in gang gezet door Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Holland onder leiding van gedeputeerde Albert Moens (Groen Links) is tot nu toe teveel een proces van bovenaf geweest.
Hillen constateert dat momenteel het draagvlak voor de voorstellen van GS ontbreekt. De gemeente Bussum wil niet meedoen aan de G4, de door de provincie beoogde fusie van Bussum, Naarden, Weesp en Muiden. In Blaricum, Eemnes en Laren wordt gewerkt aan de BEL, een federatie van de gemeentebesturen, maar tussen deze gemeentebesturen en dat van Huizen is er een verschil van mening over de Bijvanck. De grens tussen Blaricum en Huizen loopt in de Bijvanck dwars door de wijk heen. De gemeente Huizen bepleit bijvoeging van de totale Bijvanck bij Huizen. De gemeente Bussum wil de Hilversumse Meent er graag bij hebben. "De gemeente Hilversum reageerde zeer gestoken op deze voorgestelde grenscorrectie, maar de reactie van de gemeente Hilversum getuigt van intellectuele armoede", aldus Hillen. De verschillen in standpunten lopen door alle politieke partijen heen. Het CDA is er in het verleden steeds voorstander van geweest om het proces van gemeentelijke herindeling van onderop, op initiatief van de gemeenten zelf, te laten verlopen.
Pas op de plaats
Hillen vindt dat de bevolking van de gemeenten in het Gooi tot nu toe onvoldoende bij het proces is betrokken. Hij stelt voor dat gemeentebesturen met burgers, instellingen en met elkaar actief in stads- en dorpsdebat gaan. De provincie zou beter een commissie van drie wijze lieden kunnen instellen waaraan de gemeentebesturen na een jaar verantwoording afleggen over het gehouden debat. In een eindverslag zou de commissie van wijze lieden dan na een jaar de voors en tegens van de verschillende opties van het proces van gemeentelijke herindeling aan het provinciebestuur kunnen presenteren. Hillen maakt zich grote zorgen over de kwaliteit van het open bestuur en het functioneren van de democratie: "Vroeger bestond het kiezersvolk uit verschillende kuddes, nu bestaat het eerder uit zwermen spreeuwen. Er zijn wel patronen zichtbaar, er is wel beweging, maar het is ongeleid en onvoorspelbaar. Daarmee komt de legitimiteit en het functioneren van de democratie en goed bestuur in het geding. Het is dus belangrijk dat er aan het draagvlak van beslissingen wordt gewerkt". Hillen meent dat de huidige voorstellen van GS rijp zijn om door reeds de Tweede Kamer te worden verworpen. Ze halen dan nog niet eens de Eerste Kamer. In de Provinciale Staten van Noord-Holland komen de voorstellen van gedeputeerde Moens in februari in een commissievergadering. In maart zouden de voltallige Staten zich over de voorstellen uit moeten spreken.
Niet altijd 'gooien en vechten'
Hillen uit zelf een lichte voorkeur voor een totale samenvoeging van de gemeenten uit het Gooi. Zijn voorkeur voor één gemeente in het Gooi moet niet als een pleidooi voor een Gooistad gezien worden: "Het Gooi is geen stad. Gemeentelijke samenwerking is geen pleidooi voor verdere bebouwing en verdichting. Door een samenvoeging tot één gemeente aan te duiden als Gooistad roep je alleen maar dwarse sentimenten op. Het was in het verleden niet altijd 'gooien en vechten'. De geschiedenis van de Erfgooiers laat zien dat dat de Gooiers ook konden samenwerken en elkaar niet altijd met dorsvlegels te lijf gingen. Het Gooisch Natuur Reservaat is een groot succes dankzij samenwerking. Samenwerking is nodig om in de toekomst niet totaal overlopen te worden door grotere gemeenten als Amsterdam, Almere en Amersfoort".